Nieuws
Interview met Carole Plooij van Elorac massage&training geplaats in Massage magazine (03/2016), een vakblad voor wellness & therapie
Sportmasseur Carole Plooij: preventie steeds belangrijker
‘Preventie wordt steeds belangrijker’
De samenwerking tussen sportmasseur en fysiotherapeut kan veel beter. Dat vindt Carole Plooij. Ze heeft haar eigen massagepraktijk Elorac en is onderdeel van het Massage Collectief Leiden. Ook geeft ze les bij MSP Opleidingen. “Masseurs en fysiotherapeuten kunnen elkaar veel beter aanvullen dan nu gebeurt’’, zegt ze.
Massage Collectief Leiden
Het Massage Collectief Leiden is een samenwerkingsverband tussen acht zelfstandige (sport)masseurs. De samenwerking bevalt Carole goed. “We delen informatie met elkaar. Als de een iets niet weet, kan de ander helpen. Zo komen we allemaal een stapje verder.’’
Ook heeft het Collectief contacten met enkele fysiotherapiepraktijken. “Sommige fysiotherapeuten staan erg open voor samenwerking, andere niet. Die zijn misschien bang dat wij op de stoel van de fysio gaan zitten, maar dat is natuurlijk niet de bedoeling. Ik mag als masseur alleen gezonde mensen behandelen, een fysiotherapeut behandelt patiënten. Als ik iets tegenkom dat boven mijn kunde gaat, verwijs ik iemand door. Maar wij masseurs signaleren dingen vaak veel eerder dan een fysiotherapeut, omdat mensen pas naar een fysio gaan als ze echt iets mankeren.’’
Fysiotherapeuten masseren niet veel meer
Carole merkt dat veel fysiotherapeuten tegenwoordig nog maar weinig masseren. “Dat zit veel minder in hun opleiding dan vroeger. De fysiotherapeut is een oefeningentherapeut geworden. Dat is goed, maar daardoor is er minder kennis van het echte fysieke contact van een massage. Die kennis hebben sportmasseurs wel. Daarom is samenwerking zo belangrijk, maar dat gebeurt nog te weinig.’’
Eigenlijk wilde Carole (46) na de middelbare school fysiotherapie gaan studeren. Ze heeft er nog spijt van dat ze zich toen, in 1987, heeft laten afschrikken door een decaan op school die zei dat het lastig was om als fysiotherapeut in Nederland een baan te vinden. In plaats van fysiotherapie ging Carole laboratoriumonderwijs aan de Hogeschool Leiden studeren. Al snel vond ze een baan bij Heineken en later ging ze bij het Hoogheemraadschap van Rijnland werken.
Toch bleef het kriebelen en toen haar derde kind was geboren en ze tijdelijk was gestopt met werken, hakte Carole samen met haar man de knoop door. Ze zou weer naar school gaan. Een studie fysiotherapie zat er niet in. Die opleiding was niet te combineren met haar drukke gezin. Maar de opleiding tot sportmasseur kon wél. “Ik ben sportgek’’, zegt Carole. “En ik ben altijd erg geïnteresseerd geweest in het menselijk lichaam. Ik vind het fascinerend om te zien hoe ons lichaam in elkaar zit en werkt.’’
Loopbaan in de massage start met de opleiding Sportmassage
In 2000 volgde Carole de opleiding tot sportmasseur, waarna ze aan de slag ging bij verschillende sportverenigingen. Maar met die eerste opleiding was de ambitieuze Carole niet klaar, vond ze zelf. “Ik wilde veel meer leren, om mensen echt te kunnen helpen. Natuurlijk staat ontspanning tijdens een massage op één, maar ik wil graag achter de oorzaak van een klacht komen.’’ Daarom volgde ze onder andere cursussen blessurepreventie, lymfedrainage, bindweefselmassage en sport- en kinesiotaping.
Momenteel volgt Carole een cursus stoelshiatsu. “Ik ben begonnen als een echte Hollandse sportmasseur. Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg. Maar ik ben er steeds meer achter gekomen dat het mentale vaak nog sterker weegt dan het fysieke. Als iemand mentaal niet goed in zijn vel zit, dan heeft dat veel effect op het lichaam. In deze tijd hebben veel mensen last van stress en soms zelfs burn-outs. Bij shiatsu gaat het naast de fysieke massage ook om het mentale. Wellicht dat ik het straks bij negen van de tien klanten niet gebruik, maar dat die tiende er wel baat bij heeft.’’
Carole wil haar klanten graag bewust laten worden van hun eigen lichaam. “Mensen kunnen heel veel zelf doen. Natuurlijk is het fijn als iemand elke week bij mij op de massagetafel ligt, maar dat is vaak helemaal niet nodig.’’ Carole geeft haar klanten daarom ook regelmatig oefeningen mee. “Dat zijn kleine oefeningen die iemand door de dag heen kan doen. Tijdens het tandenpoetsen bijvoorbeeld. Veel mensen komen bij me met rug- en nekklachten. Niet zo gek, want vaak zitten ze de hele dag ineengedoken achter de computer. Kleine oefeningen en tips kunnen helpen om gedurende de dag meer te ontspannen en een betere houding aan te nemen. Zo kunnen klachten worden voorkomen.’’
Carole, die alweer ruim tien jaar lesgeeft aan nieuwe cursisten sportmassage bij MSP Opleidingen, vindt sowieso dat er in Nederland te weinig aandacht is voor preventie. “De gezondheidszorg loopt wat dat betreft behoorlijk achter’’, zegt ze. “We gaan pas iets doen als het eigenlijk te laat is en de klacht al erg is. Terwijl het lichaam vaak al heel lang signalen afgeeft. Die slaan we alleen vaak in de wind. Ja, ik ook hoor.’’
Carole zelf was vroeger een fanatiek langebaanschaatsster en ook deed ze aan shorttrack. Daarnaast voetbalde ze. Ook zij heeft tijdens het sporten regelmatig signalen van haar lijf genegeerd. Trainers hadden ook vaak niet in de gaten dat de trainingsoefeningen die ze gaven niet altijd even goed waren voor het lichaam van hun pupillen. Op de sportclubs van haar kinderen ziet ze hetzelfde. “Meteen na de zomervakantie wordt er volop getraind, terwijl er vaak weken niets gedaan is. Dan vinden ze het gek dat spelers na een paar weken geblesseerd raken. Je kunt beter iets rustiger opbouwen.’’ Ook als kinderen in de pubertijd komen, neemt het aantal blessures toe. “Jonge kinderen zijn heel flexibel. Die flexibiliteit neemt af naarmate ze ouder worden. Daar zouden trainers rekening mee moeten houden, maar ze weten het vaak niet.’’
Bij elke sportclub een sportmasseur
Eigenlijk zou er bij elke sportclub een sportmasseur of fysiotherapeut betrokken moeten zijn, vindt Carole. Die zou de trainers af en toe kunnen bijpraten over blessurepreventie. Ook zouden klachten bij sporters dan veel eerder gesignaleerd worden. “Veel clubs hebben daar echter geen geld voor. En behandelingen door een masseur worden meestal ook niet vergoed door zorgverzekeraars.’’
Er is dus nog veel terrein te winnen voor de sportmasseur, zowel wat betreft samenwerking met fysiotherapeuten als in het zelfbewustwordingsproces van sporters en coaches. Carole is er echter van overtuigd dat zij en haar vakgenoten een toekomst hebben aan de voorkant van de gezondheidszorg.
“Preventie wordt steeds belangrijker.’’